‘Uw zoontje stelt het goed hoor’ zei de nachtverpleegkundige
toen ze mijn kamer binnenkwam nadat ik haar gebeld had.
Ik viel volledig uit de lucht. Ik had haar niet gebeld om hiernaar te informeren, maar om te vragen of ze mij kon helpen om van zijde te wisselen omdat ik zó enorm veel pijn had. Langzaam drongen haar woorden tot me door. Mijn zoontje. Hij was geboren. Dit wist ik wel maar besefte ik totaal nog niet. Je zou denken dat de geboorte van je kind je toch wel zou bijblijven en dat dit de eerste gedachte is als je ’s nachts wakker wordt. Dat is wat goede, bezorgde mama’s zouden doen. Ik had echter nog geen enkele gedachte aan mijn zoontje gewijd, enkel aan mijn pijn.
Ik viel volledig uit de lucht. Ik had haar niet gebeld om hiernaar te informeren, maar om te vragen of ze mij kon helpen om van zijde te wisselen omdat ik zó enorm veel pijn had. Langzaam drongen haar woorden tot me door. Mijn zoontje. Hij was geboren. Dit wist ik wel maar besefte ik totaal nog niet. Je zou denken dat de geboorte van je kind je toch wel zou bijblijven en dat dit de eerste gedachte is als je ’s nachts wakker wordt. Dat is wat goede, bezorgde mama’s zouden doen. Ik had echter nog geen enkele gedachte aan mijn zoontje gewijd, enkel aan mijn pijn.
En ook de rest van de nacht was ik met mijn gedachten niet
bij mijn zoontje die daar ocharme helemaal alleen op neonatale in de couveuze
lag. We hadden dan ook nog niet echt kennis gemaakt. Toen ik na een dag in de
traagste arbeid ooit (8 uur arbeid voor 1 cm) in shock ging, verliep alles in
stroomversnelling en kwam hij met een spoedkeizersnede ter wereld. Vermits ik
koorts had gemaakt en hij ook met koorts geboren werd, werd hij onmiddellijk
naar de couveuze gebracht. Dat ‘gouden uur’ waarvan men spreekt, waarbij je
skin to skin contact hebt en de eerste borstvoeding kan geven. Dat eerste uur
dat zo belangrijk is voor die eerste band tussen moeder en kind, waren we
gescheiden, ik nog op de operatietafen en hij op neonatale waar men hem meteen
een infuus met antibiotica gaf. Wat een hartelijk welkom op de wereld…
Je zou denken dat ik daardoor net méér bezorgd zou zijn om
hem. Dat ik iedere seconde aan hem dacht. Toch niet. Ik was te druk bezig met mezelf, met pijnen op
te vangen die even hevig waren als weeën. Later bleek dat die pijn inderdaad reëel
was, vermits mijn pijnpomp verkeerd zat. Ik werd dus wakker na een keizersnede
zonder pijn medicatie. Na alles wat er de dag voordien al was misgelopen kon
dit er ook nog wel bij. En als je pijn hebt, écht pijn, dan is dat het enige in
je gedachten. Ik weet dit, want ik ben over het algemeen heel rationeel. Maar
toch houdt deze wetenschap dat schuldgevoel niet tegen. Het gevoel dat ik er
niet was voor mijn zoontje van bij de geboorte, zelfs niet in gedachten. Dat schuldgevoel sluipt langzaam binnen. Weken,
zelfs maanden na de geboorte word ik hierdoor met momenten overvallen. Ik laat
dan tranen voor die eerste momenten die ons gestolen zijn en we nooit terug
krijgen. De gedachte ‘hoe moet dit voor hem geweest zijn die eerste momenten?
Heeft hij zijn mama toen niet ongelooflijk gemist?’ blijft dan door mijn hoofd
spoken. En het bijhorende schuldgevoel ‘waarom was ik daar op het moment zelf
niet mee bezig?’ tiert welig.
Ondertussen stelt mijn zoontje het super goed en is hij
constant in mijn gedachten. Hij is een vrolijke jongen die er zo te zien geen
trauma’s aan heeft overgehouden. En onze band is goed, want daar vreesde ik
voor. Toch zal het nog wat tijd nodig
hebben om die spoedkeizersnede te
verwerken. Dat je een geboorte niet kan plannen, dat weten we. Maar met de
mogelijkheid van een spoedkeizersnede hou je geen rekening. Het voelt alsof je
de finish gemist hebt en dat doet pijn. Af en toe komt dit gevoel naar boven en
heb ik nood om hierover te praten/schrijven. En terwijl ik dit dan doe bekruipt
me dan de gedachte ‘waar klaag ik eigenlijk over?’. Mijn zoontje is gezond en
stelt het goed en hoe hij er dan gekomen is dat doet er niet toe. Maar die
gevoelens hierover zijn echt, en hebben af en toe aandacht nodig, door ze weg
te duwen winnen ze aan kracht. Dus breng ik regelmatig ‘die bevalling’ nog eens
ter sprake, want telkens ik mijn verhaal nog eens doe, verwerk ik het een
beetje meer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten